Financiën in het kort

Treinreizigers zijn sinds december sneller in Berlijn. De nieuwe reistijd tussen Amsterdam en Berlijn is 5 uur en 52 minuten. Door aanpassingen in de Nederlandse spoorinfrastructuur, een nieuwe dienstregeling en het inzetten van andere treinen is het mogelijk om de reistijd van de IC Berlijn met een half uur te verkorten.

Verbetering in financiële prestaties zichtbaar, maar nog onvoldoende

In 2023 had NS een onderliggend resultaat uit bedrijfsactiviteiten[1] van € -191 miljoen (2022: € -421[2] miljoen, 2021: € -952 miljoen, 2020: € -890 miljoen). Dat is een verbetering ten opzichte van vorige jaren sinds de coronapandemie, maar nog fors onvoldoende voor een financieel gezond NS. De resultaten zijn onvoldoende door onder meer structurele lagere reizigersaantallen dan voor de coronapandemie, met name voor forensen nu het thuiswerken is ingeburgerd. Ook heeft NS de tarieven voor de meeste treinkaartjes en abonnementen de afgelopen jaren minder verhoogd dan de inflatie waarmee NS wordt geconfronteerd. Het zogenoemde ‘indexatiegat’, opgelopen sinds 2021, bedraagt 8,9%. NS heeft in 2023 een Transitievergoeding Openbaar Vervoer (TVOV) van € 45 miljoen verantwoord, evenals € 14 miljoen correctie van de Beschikbaarheidsvergoeding Openbaar Vervoer (BVOV) 2022. In 2022 was de verantwoorde BVOV € 274 miljoen. Omdat de nieuwe concessie voor het hoofdrailnet (HRN) voor de periode 2025-2033 een beperkte verdiencapaciteit laat zien met een lager dan marktconform rendement, is een bijzondere waardevermindering op de vaste activa verantwoord van € 402 miljoen. Samen met de lagere afschrijvingen als gevolg van de in 2020 verantwoorde bijzondere waardevermindering HRN, vanwege de coronapandemie, bedraagt het netto effect van de bijzondere waardeverminderingen HRN op het resultaat uit bedrijfsactiviteiten € -318 miljoen. Ook in Duitsland is een bijzondere waardevermindering verantwoord ter hoogte van € 121 miljoen, als gevolg van neerwaarts bijgestelde vooruitzichten voor de huidige concessies tot en met 2030. De bijzondere waardeverminderingen veroorzaken geen kasstromen maar zijn een weergave van een verminderde verdiencapacteit in de toekomst. Tezamen met andere incidentele en bijzondere boekhoudkundige posten is het resultaat uit bedrijfsactiviteiten € -540 miljoen (2022: € 391 miljoen). Onderaan de streep resteert voor NS in 2023 een nettoverlies van € -380 miljoen (2022: € 574 miljoen nettowinst).

NS heeft in 2023 € 548 miljoen (2022: € 431[3] miljoen) geïnvesteerd[4] in met name de aankoop van nieuwe treinen en het moderniseren van bestaande treinen. De operationele kasstroom uit bedrijfsactiviteiten[5] is uitgekomen op € 229 miljoen (2022: € 366 miljoen) en is daarmee, net als afgelopen jaren, onvoldoende om de investeringsuitgaven te dekken. De netto schuld[6] is de afgelopen jaren, ondanks de steunmaatregelen van de overheid als gevolg van de coronapandemie, opgelopen tot € 973 miljoen (2022: € 755 miljoen). Om te kunnen blijven investeren in de mobiliteit voor de toekomst is het van belang dat de resultaten en de operationele kasstromen uit bedrijfsactiviteiten verbeteren.

We verwachten dat de komende jaren financieel uitdagend blijven. NS moet ook de komende jaren blijven lenen om de investeringen volledig te financieren en om bestaande leningen die aflopen, te herfinancieren. We blijven ons inspannen om het kostenniveau aan te passen aan de neerwaarts bijgestelde reizigersopbrengsten en daarmee de resultaten en kasstromen te verbeteren. Om het maatschappelijk belang te kunnen blijven dienen en onze ambities voor de mobiliteit in Nederland waar te maken, is een financieel gezond NS randvoorwaardelijk.

Het kabinet heeft op verzoek van de Tweede Kamer een bedrag van € 120 miljoen vrijgemaakt waardoor NS een voorgenomen tariefsverhoging van de treinkaartjes en abonnementen van 8,7% in 2024 kon uitstellen. Vooralsnog betreft het een eenmalig bedrag en geen structurele oplossing. NS is derhalve genoodzaakt om vanwege stijgende kosten en het reeds opgelopen ‘indexatiegat’ over de afgelopen jaren de uitgestelde tariefsverhoging in 2025 alsnog door te voeren, bovenop de reguliere inflatie. Dat kan een verhoging van meer dan 10% betekenen voor 2025.

  • 1Het resultaat uit bedrijfsactiviteiten gecorrigeerd voor het effect van incidentele en bijzondere boekhoudkundige posten.
  • 2In NS jaarverslag 2022: € -304 miljoen. De tijdelijk extra kosten als gevolg van een herziening vanaf 2022 van de werkwijze van activeringen en afschrijvingen van IT-uitgaven (ontwikkelstraten) werden in 2022 eenmalig als bijzondere post aangemerkt (€ -117 miljoen) voor de vergelijkbaarheid met 2021.
  • 3In NS jaarverslag 2022: € 450 miljoen. Waarde betreft nu de enkel de investeringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten.
  • 4Investeringsuitgaven betreffen uitsluitend de verwerving van (im)materiële vaste activa en vastgoedobjecten.
  • 5De operationele kasstroom uit bedrijfsactiviteiten dient als een jaar-op-jaar vergelijkbare indicator van het kas genererend vermogen van de operationele activiteiten. Deze indicator is afgeleid van het geconsolideerde kasstroomoverzicht in de jaarrekening en betreft het resultaat na aanpassingen na aftrek van betaalde/ontvangen winstbelasting en na aflossing van leaseverplichtingen.
  • 6Nettoschuld betreft uitsluitend de onderhandse leningen zoals genoemd in de jaarrekening, na aftrek van geldmiddelen en kasequivalenten (exclusief zekerheidsgelden energiecontracten), geldmarktfondsen en kortlopende deposito’s.
Print pagina